25 okt 2007

Cocreatie in Schema






1. Cocreation subject; dit is het onderwerp van cocreatie, aan het begin van het cocreatieproces kan het hier om verschillende dingen gaan. Afhankelijk van wat er wordt gecreëerd gaat het hier om een nieuwe dienst of product, een verbetering of uitbreiding van een bestaande dienst of product. Het kan zelfs alleen gaan om een wens tot cocreatie (zoals Wikipedia ooit leeg is begonnen), of een bepaalde behoefte. In deze gevallen is er iemand die een cocreatie subject aandraagt. Ook kan het cocreatieproces ‘onbewust’ plaatsvinden, dus zonder dat iemand of iets een startschot geeft. In dit geval ontstaat cocreatie vanuit een bepaalde behoefte of wens bij de users zelf. In dit geval is het cocreatiesubject door de gebruikers zelf gedefinieerd, een voorbeeld hiervan is een project wat gestart is op ferrarichat.com. Hier is een community van het merk Ferrari op eigen initiatief begonnen met het ontwerp van een auto.

2. Input; dit is de eerste inputfase van het cocreatieproces na het cocreatie subject (1). Hier lopen twee verschillende soorten input parallel; nieuwe input en feedback op bestaande input (user 2 user terugkoppeling) De input is ‘nieuw’ als een gebruiker reageert op het ‘cocreation subject’ zonder beïnvloedt te zijn door input van anderen. Als een gebruiker commentaar, aanpassingen, uitbreidingen etc. levert op input van anderen gaat het om een terugkoppeling of feedback.

3. Cocreation Phase: “user 2 user”; dit is de fase waar gebruikers kennis maken met elkaars input. Hier vindt het denkproces plaats van de gebruikers. Deze fase wordt gefaciliteerd, afhankelijk van welke waarde wordt gecreëerd en wie baat heeft bij de gecreëerde waarde kan er gekozen worden voor een geschikt platform. Het belangrijkste aan dit platform is dat het gebruikers in staat moet stellen hun mening vrij te verkondigen. Cocreatie draait immers niet perse om het bereiken van consensus maar vooral om de inbreng van verschillende visies en meningen. Het platform moet ook in staat zijn structuur te brengen in de input zodat het proces overzichtelijk blijft.

4. Output; dit is het resultaat van de cocreatie. Output bestaat pas als het in de ‘aggregation phase’ (6) wordt meegenomen als input.
5. ‘User2User feedback’: dit is de feedback die gebruikers elkaar geven op elkaars visies en ideeën.

6. ‘Aggregation Phase’:
in deze fase wordt bepaald welke ideeën en visies worden voorgelegd aan de ‘Descision Making Unit’ (8. (DMU)). De beste ideeën, ontwerpen en visies worden bij elkaar geharkt, de rotte en onrijpe appels blijven liggen. Vanaf deze fase is het proces weer centraal van karakter.

7. input; vanuit de ‘aggregation phase’ wordt input geleverd aan de DMU. Deze input is de oogst uit de cocreation phase.

8. DMU (descision Making Unit); in deze fase wordt de uiteindelijk keuze gemaakt voor implementatie van ideeën, ontwerpen en visies aangeleverd uit de ‘aggregation phase’ (6).

9. Eventuele terugkoppeling: DMU naar User; Ook kan de DMU kiezen om een terugkoppeling te maken naar de ‘cocreation phase’ (3). De DMU kan bijvoorbeeld de keuze voor een strategie (bijvoorbeeld een aantal ideeën samen) toetsen of zelfs helemaal overlaten aan de groep gebruikers. (bijvoorbeeld via een stemronde).
10. Implement descisions; het implementeren van de keuzes gemaakt door de DMU (evt. via terugkoppeling (9). Dit betekent, afhankelijk van de waarde die is gecreëerd, het ontwikkelen van een nieuw product of dienst en/of het aanpassen of uitbreiden van een bepaalde dienst of service.

Geen opmerkingen: